2. Weerstandsvermogen en risicobeheersing
Inleiding
Het weerstandsvermogen geeft aan in hoeverre gemeentelijke risico’s kunnen worden afgedekt door weerstandscapaciteit. Voldoende weerstandsvermogen voorkomt dat een financiële tegenvaller ons direct dwingt tot bezuinigen.
Het weerstandsvermogen is voldoende als financiële tegenvallers goed opgevangen kunnen worden. Daarvoor zetten we weerstandscapaciteit en risico’s tegen elkaar af.
Verder lezen
Risicobeheersing
Risicobeheersing
Uitgangspunten
In 2011 is de kadernota ‘Weerstandsvermogen en risicomanagement’ vastgesteld.
Met het principe van integraal management is het sturen op risico’s een vast onderdeel van de bedrijfsvoering en het toezicht en de sturing op verbonden partijen.
We hanteren een buffer van € 100 per inwoner in de Algemene Reserve voor het opvangen van risico’s.
De verhouding tussen de beschikbare weerstandscapaciteit en benodigde weerstandscapaciteit is ten minste 0,8.
Risico’s met structurele gevolgen tellen twee jaar mee omdat wordt aangenomen dat het beleid in twee jaar omgevormd kan worden.
Voor het Grondbedrijf wordt de iflo-norm (inspectie financiën lagere overheden) van het ministerie gehanteerd, gecombineerd met een risicoanalyse.
Weerstandscapaciteit zijn alle middelen en mogelijkheden waarover de gemeente Assen beschikt om niet begrote kosten, die onverwachts en substantieel zijn, te dekken, zonder dat de begroting en het beleid aangepast hoeven te worden.
Activiteiten
Met de kadernota hebben we een goed fundament gelegd voor risicomanagement. We blijven continu werken aan verbeteringen als het gaat om benoemen van en sturen op risico’s. Met het houden van risico-sessies werken we aan een verdere bewustwording in de organisatie als het gaat om risicomanagement en een aanscherping van de verschillende rollen.
Voor het houden van risicosessies is een basisset beschikbaar om vanuit een standaardwerkwijze aan de slag te kunnen gaan. Uiteraard zijn er mogelijkheden voor maatwerk. Aan de hand van de Rismanbrillen worden risico's geïnventariseerd, met vermelding van oorzaken en gevolgen. Vervolgens worden actiehouders en beheersmaatregelen benoemd. Periodiek vindt een update van de risico’s plaats en indien zich nieuwe omstandigheden voordoen worden eventuele nieuwe beheersmaatregelen benoemd.
Wij rapporteren aan de raad in ieder geval over risico’s boven € 200.000. Daarnaast worden politiek bestuurlijke risico’s gemeld. Deze risico’s zijn meestal niet financieel te vertalen, maar wel belangrijk voor het gemeentelijk risicoprofiel. Het melden van risico’s aan de raad gebeurt via de planning- en controlcyclus en eventueel als onderdeel van afzonderlijke raadsvoorstellen.
Risico-inventarisatie Programma Wonen in Assen
Officierswoningen
Het complex aan de Oranjestraat verkeert volgens de woningbouwcorporatie in een slechte bouwkundige staat en heeft vochtproblemen. Er is gezocht naar mogelijkheden om het complex te slopen en over te gaan tot vervangende nieuwbouw. Door het toekennen van de monumentenstatus aan de officierswoningen aan de Oranjestraat zijn deze plannen niet meer voor de hand liggend. Er wordt gezamenlijk naar een oplossing gezocht.
Risico-inventarisatie Programma Werken in Assen
Decentralisatie Participatie
De van het Rijk ontvangen middelen decentralisatie Participatie zijn in principe taakstellend.
In de sociale werkvoorziening wordt door het Rijk minder subsidie gegeven per arbeidsplaats. Dit heeft te maken met de verwachte afname in de Sociale werkvoorziening. Nieuwe mensen stromen niet meer in het aantal mensen in de Sociale werkvoorziening neemt jaarlijks met ongeveer 5% af. Nu gaat de afname van de rijksbijdrage harder dan de terugloop van Sociale werkvoorziening medewerkers. In 2016 is er een plan van aanpak vastgesteld om het oplopend tekort bij Alescon, vanwege de afname van de rijkssubsidie met € 500 per Sociale werkvoorzienings-plek, deels op te vangen. De uitvoering van dit plan moet ertoe leiden de oplopende gemeentelijke bijdragen niet hoger te laten zijn dan € 4 miljoen, zoals is vastgelegd in de meerjarenbegroting van Alescon.
Wet Bundeling uitkeringen inkomensvoorzieningen gemeenten (Buig)
Voor het verstrekken van bijstandsuitkeringen ontvangen wij volgens artikel 69 van de Participatiewet rijksmiddelen, het Buig-budget. Vanaf 1 januari 2015 wordt het Buig-budget landelijk verdeeld volgens een nieuw verdeelmodel. Hiermee kunnen volgens het Rijk de noodzakelijke kosten beter worden ingeschat. Mede naar aanleiding van de bezwaren die door een aanzienlijk aantal gemeenten, waaronder de gemeente Assen, zijn ingediend tegen de voorlopige toekenning Buig-budget 2015 en de lobby, die Assen met andere gemeenten heeft gevoerd, is het ministerie in 2016 begonnen met het aanpassen van het verdeelmodel. Dit betreft een aantal punten: toevoegen van extra arbeidsmarktindicatoren op gemeenteniveau, het maken van een nadere uitsplitsing van de woonsituatie op huishoudenniveau en het weglaten van de factoren wonen in een matig leefbare wijk, en netto participatie op regionaal niveau.
Voor 2016 is de verdeling nog voor 50% gebaseerd op het historisch aandeel van de gemeente in de bijstandsuitgaven in 2014. Met ingang van 2017 zal gebruik worden gemaakt van het aangepaste verdeelmodel.
Het resultaat van de eerste aanpassingen is met de definitieve toekenning 2016 zichtbaar geworden. Deze bedraagt namelijk € 27,3 miljoen, ten opzichte van begroot € 27 miljoen. Voor het jaar 2017 is de voorlopige beschikking Wet bundeling van uitkeringen inkomensvoorziening aan gemeenten (Buig) ruim € 30 miljoen. De beheersmaatregel ‘bezwaar aantekenen’ heeft goed gewerkt.
Verder is het financiële resultaat van de uitvoeringsorganisatie sterk afhankelijk van de conjuncturele ontwikkelingen.
FlorijnAs
Samen met de actualisatie van de investeringsraming voor 2017 is eind 2016 het risicoprofiel geactualiseerd.
De belangrijkste risico’s die uit de actualisatie naar voren zijn gekomen zijn:
- - Meerkosten ProRail: planning, raakvlakken, extra risico opslag in calculaties.
- - Prijsstijgingen door uitlopen planning.
- - Niet alle btw kan worden gecompenseerd.
- - Externe partijen dienen schadeclaims in.
- - Risicodrager samen met ministerie van Infrastructuur en Milieu in project Sporen in Assen.
De actuele risico’s zijn gekwantificeerd. De omvang van het risicoprofiel wordt nu geschat op € 4,2 miljoen.
Het saldo van de Reserve Regio specifiek pakket (RSP) FlorijnAs, na aftrek van het tekort als gevolg van de actualisatie van de investeringsraming voor 2017, komt ook uit op € 4,2 miljoen.
Daarnaast is binnen de afzonderlijke projecten van de FlorijnAs een bedrag opgenomen voor onvoorziene uitgaven.
Risico-inventarisatie Programma Meedoen in Assen
Decentralisatie Sociaal Domein
De drie decentralisaties zorgen voor een taakverzwaring van de gemeente. Bovendien zijn ze alle drie een open-einde-regeling. Een deel van de nieuwe taken is overgekomen met een bezuiniging. Uitgangspunt is dat de nieuwe taken binnen het daarvoor door het Rijk verstrekte budget worden uitgevoerd. Door het open-einde-karakter en de kortingen is sprake van een risico dat wij goed monitoren. Daarbij laten zowel het eerste als het tweede jaar van de decentralisaties voor Assen een overschot zien. Door de strengere toelating op basis van andere wetten dan de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) zullen de gemeentelijke uitgaven voor ondersteuning van inwoners die thuis (blijven) wonen naar verwachting de komende jaren toenemen. Tegelijkertijd neemt de rijksbijdrage af. Hierdoor kan het overschot in een tekort omslaan.
Decentralisatie Jeugd
Inzicht in het interventieniveau van de verleende jeugdhulp - variërend van lichte vormen tot zwaardere vormen van ondersteuning - is van groot belang. De monitor van de Jeugdhulpregio Drenthe biedt dit inzicht. Verschuiving naar lagere interventieniveaus is het streven, maar kent wel grenzen. Dit geldt met name voor de extramurale vormen van jeugdhulp. De her-beoordelingen in 2015 en 2016 laten een lichte daling van het beroep op ondersteuning zien.
Decentralisatie Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)/Beschermd wonen
De rijksuitkering voor Beschermd wonen is op basis van de historische verdeelsleutel aangepast. Als gevolg hiervan is de uitkering voor de centrumgemeente Assen naar boven bijgesteld. De herbeoordelingen in 2015 en 2016 laten een lichte daling van het beroep op ondersteuning zien.
Schuldhulpverlening
Al een aantal jaren zijn de kosten van schuldhulpverlening, via de gemeenschappelijke regeling gemeenschappelijke kredietbank Drenthe (GKB), hoger dan het bedrag dat daarvoor in de gemeentelijke begroting beschikbaar is. Inmiddels is met ingang van de begroting 2016 het budget schuldhulpverlening met € 250.000 verhoogd. In 2016 is door hoog ziekteverzuim en de reorganisaties van voorgaande jaren tijdelijk extra personeel aangetrokken. In de toekomstverkenning van de GKB wordt de kostenbeheersing ook betrokken. Het weerstandsvermogen van de GKB heeft als gevolg van de exploitatietekorten, die in de afgelopen jaren zijn ontstaan, een minimum niveau bereikt. Onverwachte toekomstige tegenvallers kunnen binnen het eigen vermogen niet meer worden opgevangen. Er is te weinig kostenflexibiliteit om de dalende opbrengsten op te kunnen vangen. Dit heeft met name te maken met het feit dat de grootste kostenpost het personeel is en er inmiddels geen flexibele schil meer is om fluctuaties in het werkvolume op te vangen.
Risico-inventarisatie Programma Aantrekkelijk Assen
De uitgevoerde investeringen in parkeervoorzieningen zijn gedaan op basis van de in het verleden verwachte groei van het aantal inwoners. De veronderstelde groei van het aantal parkeerders blijft uit. Er blijft sprake van een dalend aantal parkeerders in de binnenstad, waarbij wel de verblijfsduur hoger is dan verwacht. Het maatregelenpakket dat in 2015 is ingevoerd heeft een deel van de teruggang opgevangen, maar het is nog onzeker of dit structureel is.
Risico-inventarisatie Programma Vastgoed en Grondbedrijf
Exploitatie vastgoed
Er wordt bij het onderhoud nauwkeurig gekeken of de te maken kosten noodzakelijk zijn. Op de korte termijn worden hiermee de lasten beperkt. Het risico bestaat echter dat dit achteraf leidt tot extra kosten voor onderhoud. Voor 2017 is een nieuwe gebouwinspectie opgenomen. Aan de hand hiervan zullen de onderhoudsplanningen en de daarbij behorende kosten opnieuw in beeld worden gebracht.
De uitwerking van de alles-in-1 scholen is in volle gang. In 2017 zal duidelijk worden welke invloed dit heeft op het vastgoed van de gemeente Assen.
De huurprijzen bij de multifunctionele accommodaties staan onder druk. Het hanteren van kostprijsdekkende huur heeft, met de huidige marktrente, tot gevolg dat deze boven de markthuur ligt. Hierdoor ontstaat het risico dat partijen elders gaan huren of dat de huurprijzen aangepast dienen te worden.
Beheer en Schoonmaak
In het kader van bezuinigingen is onze huidige contractpartner aan het overwegen of deze voor de komende jaren nog wel het beheer en onderhoud van de Multifunctionele accommodaties en sporthallen zal voortzetten. Als andere partijen dit moeten gaan oppakken zou dit extra kosten met zich mee kunnen brengen.
Herstelonderhoud
Met betrekking tot het herstelonderhoud zien we de afgelopen jaren telkens een overschrijding van de geraamde kosten. Voor 2016 is de overschrijding € 470.000. De kosten van Herstelonderhoud zijn gebaseerd op een kengetal per vierkante meter vloeroppervlak. De extra kosten worden met name gerealiseerd bij de Multifunctionele accommodaties, de gebouwen van bedrijfsvoering en sport en ontspanning. Naar aanleiding van deze constatering zal worden gekeken of het kengetal per vierkante meter dient te worden verhoogd.
Parkeergarage Triade
Met betrekking tot de Triade parkeergarage vindt overleg plaats met de betrokken partijen om de lekkage op te lossen. In de loop van 2017 zal hiervoor een voorstel worden voorgelegd aan de raad.
Jan Fabriciusstraat
Voor de locatie Jan Fabriciusstraat is een ontwikkelingsovereenkomst afgesloten. In 2016 zou het gebouw inclusief de gronden worden overgedragen aan de ontwikkelaar. Deze overdracht heeft niet plaatsgevonden.
Huurachterstanden
Binnen de gemeentelijke panden wordt huur geïnd, in een aantal gevallen loopt de betaling van de huur achter op de geprognosticeerde inkomsten.
Grondexploitaties
Risico's op grondexploitaties moeten binnen het Grondbedrijf worden opgevangen. Jaarlijks wordt bij het opstellen van de begroting per exploitatiegebied een analyse gemaakt van kosten, opbrengsten en risico's. Risico's die cijfermatig niet zijn meegenomen in een calculatie onder onvoorzien, moeten worden afgedekt door de weerstandsreserve binnen het Grondbedrijf. De weerstandsreserve is rekenkundig bepaald op basis van de Iflo-norm en wordt onderbouwd door risico-analyses.
Kengetallen weerstandsvermogen
Weerstandsvermogen
De ratio voor het weerstandsvermogen bedraagt 1,84. Bij de vaststelling van de Kadernota Weerstandsvermogen en Risicomanagement is afgesproken dat een ratio van 0,8 voldoende is en 1,0 ruim voldoende.
Er wordt dus voldaan aan de afgesproken norm. Voor het bepalen van de weerstandscapaciteit is een aantal componenten als pro memorie meegenomen waardoor de feitelijke weerstandscapaciteit hoger is.
Stille reserves
Wij hebben thans vier niet bedrijfsgebonden gemeentelijke eigendommen in bezit, waarvan de boekwaarde nihil is en vijf waarvan de boekwaarde thans, na gepleegde investeringen, € 658.707 bedraagt.
Het betreft de volgende eigendommen: Amelte 1, Kanaal 45, Loneresweg 1, Rodeweg 23-25, Lottingstraat 17, Noordersingel 29/31, Beilerstraat 32, Fokkerstraat 24 en Wenkebachstraat 6.
De huidige totale Woz-waarde van deze eigendommen bedraagt € 1.814.000.
De aandelen BNG zijn gewaardeerd op basis van de historische verkrijgingsprijs ad € 193.525 (totaal gestort) plus een aanvullende volstorting ten laste van de BNG-reserves ad € 19.725 op totaal € 213.250.
Na de re-denominatie in het jaar 2001 van de aandelen in euro’s en de verkoop van twee aandelen aan de gemeente Tynaarlo, bezit onze gemeente 85.301 aandelen à € 2,50.
Volgens de statuten zijn deze aandelen beperkt verhandelbaar tussen overheidsinstanties. Er is derhalve geen koerswaarde te geven.
Gelet op de dividenduitkering over het jaar 2015 van € 1.02 per aandeel kan worden gesteld dat de koers ver boven pari ligt.
De aandelen Essent (voorheen EDON/EGD) zijn gewaardeerd op basis van historische verkrijgingsprijs. Dit betreft na een statutenwijziging in het jaar 1999 862.169 aandelen, nominaal groot € 0,45.
In het jaar 2009 zijn de betreffende aandelen overgenomen door Enexis Holding nv. De ‘oude’ historische verkrijgingsprijs blijft als waardering gehandhaafd. In 2016 zijn 293.879 aandelen verkocht.
Op basis van de historische waarde zijn de aandelen Essent per 31 december 2016 gewaardeerd op € 108.873. Gelet op het feit dat deze aandelen een aanzienlijke actuele waarde hebben kan worden gesteld dat de koers ver boven pari ligt.
Kengetallen financiële positie
Kengetallen financiële positie
Met ingang van begroting 2016 / rekening 2015 worden bovenstaande kengetallen opgenomen om inzicht te geven in de ontwikkeling van de financiële vermogenspositie. Het gaat om nieuwe, op grond van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) voorgeschreven financiële indicatoren.
De netto schuldquote geeft inzicht in de omvang van de netto schuldenlast ten opzichte van jaarlijkse baten. Ten opzichte van vorig jaar is de verhouding gelijk gebleven.
De solvabiliteitsratio geeft inzicht in de mate waarin aan de financiële verplichtingen kan worden voldaan en wordt bepaald als verhouding tussen eigen vermogen en totaal vermogen. Ten opzichte van vorig jaar is de verhouding iets verbetert als gevolg van een toegenomen eigenvermogen.
Structurele exploitatieruimte geeft de structurele ruimte aan om de lasten te dragen. Ten opzichte van vorig jaar is de verhouding tussen lasten en baten iets verbetert.
De ratio grondexploitatie geeft weer hoe de waarde van de grond zich verhoudt tot de jaarlijkse baten van de gemeente. Ten opzichte van vorig jaar is de ratio toegenomen als gevolg van iets lagere baten.
De belastingcapaciteit laat zien hoe de belastingdruk zich verhoudt ten opzichte van het landelijk gemiddelde.
*) Het actuele percentage is niet opgenomen aangezien het bedrag voor het landelijk gemiddelde bij het opstellen van dit document nog niet beschikbaar is.